
Van jezelf worden naar jezelf zijn
– 10 juni 2025 – “Ik blijf vandaag gewoon echt mezelf,” denk ik nog, terwijl ik vastberaden naar de vergadering loop. Maar zodra mijn baas begint te praten, gebeurt het: mijn denkvermogen haakt af, mijn buik trekt samen, en mijn voornemen verdwijnt als sneeuw voor de zon. Daar zit ik dan — vriendelijk knikkend, innerlijk licht aan het verdwalen.
Waarom is jezelf zijn soms zo moeilijk?
We denken dat we onszelf moeten worden. We spiegelen, streven, vermijden. We proberen te voldoen aan een beeld van wie we zouden moeten zijn. Maar hoe harder we dat doen, hoe verder we van onszelf afdwalen.
De paradox?
Hoe harder ik mezelf probeer te zijn, hoe meer ik mezelf kwijtraak.
Jezelf zijn vraagt geen inspanning.
Het vraagt om ontspanning in wat er nu is.
Niet worden, maar landen.
Niet analyseren, maar voelen.
Niet fixen, maar erkennen wat zich aandient.
Soms is dat een knoop in je buik.
Soms een vlaag van onrust.
Soms een diepe rust.
Wat het ook is — het mag er zijn.
Ik hoef mijn droomscenario niet na te jagen.
Ik hoef mijn schrikbeeld niet te vermijden.
Ik blijf voor wat er nu leeft.
En precies dát is thuiskomen.
Niet ooit, als ik ‘goed genoeg’ ben.
Maar nu, in dit moment, in mij.